de Latijnse spreuken
- Vale
- Blijf gezond; vaarwel.
- Ite missa est
- Gaat, de mis is volbracht.
- Sobrii estote et vigilate.
- Houdt uwen geest helder en waakzaam.
- Labora sicut bonus miles Christi.
- Arbeid als een goed soldaat van Christus.
- Silentium.
- Zwijg.
- Prohibe linguam tuam à malo.
- Hoedt uwe tong voor het helsche.
- Nomen est omen.
- De naam is een voorteken
- Qui nescit dissimulare, nescit regnare.
- Wie niet veinzen kan, kan niet heerschen.
- Nil desperandum.
- Men wanhope nimmer.
- Festina lente
- Haast u langzaam.
- Accidit in puncto, quod non speratur in anno
- In één oogenblik gebeurt, wat in geen jaar verwacht werd.
- Si Deus pro nobi, quis contra nos?
- Als God met ons is, wie zal dan tegen ons zijn?
- Vigilate!
- Waakt!
- Ora et labora.
- Bidt en slameurt.
- Mea culpa.
- Ik beken schuld.
- Pulvis es et in pulverem reverteris
- Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeeren.
- Anno Domini
-
- Quid faciendum?
- Wat verlangt gij? Wat moet er gedaan worden?
- Carpe diem
- Pluk den dag.
- Nullus amicus magis liberat, quam liber.
- Geen vriend schenkt mij grooter vermaak dan de boeken het mij doen.
- Neque enim disputari sine reprehensione potest.
- Zonder tegenspraak is alle discussie onmogelijk.
- Tentare licet.
- Beproeven is geoorloofd.
- Sic itur ad astra.
- Aldus stijgt men naar de sterren.
- Ad fundum!
- letterlijk: tot den bodem; gezondheidswensch; gezondheid!
- Homo sum et nihil humani a me alienum puto.
- Ik ben een mensch en niets menschelijks is mij vreemd.
- Vivat.
-
- Leve sit, quod bene fertur onus.
- Licht is de last, wanneer men hem bekwaam torst.
- Ubi non est mulier, ibi ingemiscit aeger.
- Waar geen vrouw is zucht de kranke.
- Pecuniae oboediunt omnia.
- Alles gehoorzaamt het geld.
- Crux ancora vitae.
- Het Kruis is het anker des levens.
- Boni pastoris est tondere pecus, non deglubere.
- Het betaamt een goeden herder wel, dat hij zijn schapen scheert, niet dat hij ze vilt.
- Nullum sine auctoramento malum est.
- Elk kwaad bezit zijn goede zijde.
- Dei dicere est facere.
- Gods zeggen is doèn.
- Vade retro, Satanas.
- Wijk vàn mij, satan!
- Soli Deo gloria
- Aan God alleen de eer.
- Proficiscere anima christiana…
- Vertrek, Christene ziel…
- Finis coronat opus.
- Het einde kroont het werk.
- Domine! quid me vis facere?
- Heer, hoe moet ik handelen?
- Mors honesta vitam etiam turpem exornat.
- Een eerlijke dood siert zelfs een schandelijk leven.
- Homo sum.
- Ik ben een mensch.
- Pro hoc mihi debetur cyathus.
- Hiervoor komt mij een kelk wijn toe.
- Peccavi!
- Ik heb gezondigd.
- Domine, miserere super peccatore.
- Heer, wees den zondaar genadig.
- Principis est virtus maxima nosse suos.
- De voornaamste verdienste van een vorst bestaat in diens kennis van zijn onderdanen.
- In nomine Domini sit omne malum.
- In den naam des Heeren bedrijft men alle boosheid.
- Os, quod mentitur, occidit animam.
- De mond die leugen spreekt, doodt de ziel.
- Nisi efficiamini sicut parvuli, non intrabitis in regnum coelorum.
- Indien gij niet gelijk de kinderen word, zult gij het Koninkrijk Gods niet binnentreden.
- Flagellum Dei.
- Geesel Gods.
- Mala tempora currunt.
- Het zijn slechte tijden.
- Ante fores Gehennae stat Misericordia, et nullum misericordem in illum mitti carcerem permittat
- Voor de hellepoort staat de Barmhartigheid teneinde te verhinderen, dat een mild man in het helsch gevang belandt.
- Eleyson!
- Verhoor ons!
- Sana in corpore sano.
- Een gezonde geest in een gezond lichaam.
- Nemo ante obitum beatus dici potest.
- Prijs niemand gelukkig alvoor hij zijn leven beëindigd heeft.
- Valete.
-
- Pater sum, ergo cave. Qualis vita, finis ita. Furca vacua, et silva latronum plena.
- Ik ben pastoor, dus hoedt u. Zooals men geleefd heeft, sterft men. De galg is leeg en het bosch is vol dieren .
- Dum spiro, spero.
- Zoolang er adem is, is er hoop.
- Hunc deridendum vobis propino!
- Ziethier, gijlieden, deze bespottelijken sinjoor!
- Laudáte Dóminum, omnes gentes; laudáte eum, omnes pópuli! Quóniam confirmáta est super nos…
- Looft den Heere, alle heidenen, prijst Hem, alle natiën; want Zijn goedertierenheid is geweldig over ons… Psalm 117.
- Perpetus vincit, qui utitur clementia.
- Wie zachtmoedigheid betracht, overwint immer.
- Vox populi, vox Dei
- De stem van het volk is de stem van God.
- Mundus vult decipi
- De wereld wil bedrogen zijn.
- Cura ut valeat.
- Zorg, dat het u goed gaat.
- Petra
- Petra: rots.
- Noli turbare circulum meum.
- Wil niet mijn kring verstoren.
- O Sancta Sobrietas!
- O, Heilige soberheid.
- Omnio caro foenum.
- Alle vleesch is hooi.
- Usque adeone mori miserum est?
- Is sterven zulk een jammerlijke zaak?
- Dum licet obducta solvatur fronte senecus.
- Dat de grijsheid vroolijk weze zoolang zij het nog vermag.
- Dum spiro, spero
- Zoolang er adem is, is er hoop.
- Age nunc, finis meorum annorum…
- Kom thans, einde mijner jaren…
- Feminis lugere honestum, viribus meminisse.
- Der vrouwen gevoegt treurnis, den mannen herinnering.
- Relegentem esse oportet; religiosum nefas.
- Men moet zich godvruchtig gedragen, niet femelachtig.
- Quid sine pectore corpus?
- Wat is het lichaam, waar geen kracht meer in is?
- Omnia mea mecum porto.
- Mijn gansche have draag ik met mij.
- In primis.
-
- Item.
-
- Morituri te salutant.
- Zij, die gaan sterven, groeten u.
- Viso Poncke vidisti omnia.
- Hebt gij Poncke gezien dan hebt gij alles (te Damme) gezien .
- Tetrica sunt dissipanda jocularibus!
- Verdrijf de droefenis door opgeruimdheid.
- Bibe laete cum pastore tuo!
- Drinkt vrolijk met uwen herder!
- Denique coelum…
- Eindelijk de hemel.